Als een overlijdensrisicoverzekering tot uitkering komt, dan kun je te maken krijgen met erfbelasting. De verzekeraar keert het verzekerde bedrag uit aan de nabestaande(n). De fiscus ziet die uitkering in een aantal gevallen als erfenis waarover erfbelasting moet worden betaald.

Wanneer betaal je erfbelasting over de uitkering uit een overlijdensverzekering?
Om te goed te begrijpen wanneer je erfbelasting betaalt over een uitkering uit een levensverzekering, is het belangrijk om te weten wie de verzekeringsnemer, verzekerde en begunstigde op een levensverzekering is.
Verzekerde
De verzekerde is de persoon op wiens leven de premie is berekend. Als deze persoon overlijdt tijdens de looptijd van de verzekering, dan keert de verzekeraar het verzekerd bedrag uit.
Verzekeringsnemer / premiebetaler
De verzekeringsnemer sluit de verzekering af en betaalt de premie.
De verzekeringnemer is tevens de contractant.
Begunstigde
Tot slot is er de begunstigde. Deze persoon ontvangt het uit te keren bedrag.
Het kan zijn dat deze rollen door 1 of meerdere personen worden vervuld.
Kruislingse begunstiging
Om te voorkomen dat er erfbelasting over de uitkering uit een levensverzekering betaald moet worden, moet je als je altijd zorgen voor zogenaamde kruislingse begunstiging. Vooral als je niet getrouwd bent in (beperkte) gemeenschap van goederen.
Kijk maar eens naar deze voorbeelden en Erik en Eva. Ze gaan samenwonen en hebben een huis gekocht.
Voorbeeld 1:
Erik wil dat Eva kan blijven wonen in hun koophuis als Erik komt te overlijden. Hij sluit een overlijdensrisicoverzekering af voor € 250.000 met een looptijd van 30 jaar.
Erik is de verzekerde, want als hij overlijdt keert de verzekering uit.
Erik heeft zichzelf als verzekeringsnemer op de polis gezet. Hij betaalt immers ook de premie. Erik heeft Eva als begunstigde laten zetten op de polis.
In deze opzet is er erfbelasting verschuldigd. Erik heeft de premie voor de polis betaalt en Eva erft daarmee de uitkering. Zij heeft niet meebetaald aan de premie.
Voorbeeld 2:
Erik wil dat Eva kan blijven wonen in hun koophuis als Erik komt te overlijden. Hij sluit een overlijdensrisicoverzekering af voor € 250.000 met een looptijd van 30 jaar.
Erik is de verzekerde, want als hij overlijdt keert de verzekering uit.
Eva wordt als verzekeringsnemer op de polis gezet. Zij moet daarmee ook formeel ook de premie betalen. Eva is als begunstigde op de polis gezet.
In deze opzet is er géén erfbelasting verschuldigd. Eva heeft immers zelf betaald voor de verzekering en de uitkering is daarmee een logisch gevolg op het overlijden van Erik.
Gemeenschap van goederen
Voor gehuwden en geregistreerde partners in gemeenschap van goederen ligt het anders. Omdat er sprake is van gemeenschap van goederen wordt de premie altijd door beide betaald. Erik’s geld is immers ook Eva’s geld.
Er geldt wel een verhoogde vrijstelling voor gehuwden en geregistreerde partners in gemeenschap van goederen, zodat er pas erfbelasting betaald hoeft te worden over hogere bedragen.